Wednesday, 22 April 2009
Land van blije kinderen?
En wie denk je dat er onderaan bungelt? Jazeker, het Verenigd Koninkrijk, nummer 24 van de 29 (met Roemenie, Bulgarije, Letland, Litouwen en Malta achter zich). En helemaal bovenaan op nummer 1? Het zal toch niet waar zijn, Nederland (voor een hele reeks Scandinavische landen). Heel ruwweg valt die ranking wel samen met algehele welvaart, maar toch niet helemaal, en dan doet Nederland het dus relatief goed, en de Britten het relatief dramatisch slecht.
Het viel ons afgelopen weekend al op; de blije en relatief onbezorgde kinderen in Amsterdam. De vrolijke peuters van mijn vrienden, op speelplaatsen tussen veel meer vrolijke peuters en kleuters. Nogal een contrast met de peuters en kleuters waarmee Jane in haar praktijk te maken krijgt in Engelse achterstandswijken en voormalige mijndorpen met vijftienjarige alleenstaande moeders, die op hun derde nog niet kunnen praten. Natuurlijk is dat geen eerlijke vergelijking, met aan de ene kant de relatief welvarende en hoogopgeleide ouders van Amsterdam binnen de A10, en aan de andere kant de armoedigste probleem-kinderen en -ouders van Engeland. Maar kennelijk, volgens de onderzoekers in York, is er toch ook een groot verschil tussen de gemiddelde Nederlandse en Britse kinderen.
Het viel Jane ook op dat in Amsterdam de middenklassekinderen een stuk minder worden afgeschermd en betutteld; niet allemaal met de auto naar school, en geen groot bord bij de speelplaats waarbij de gemeente elke verantwoordelijkheid voor ongelukjes van de hand wijst. En kinderen op de fiets, voorop of in de nu wel heel populaire fietskarren, dat is in Engeland ondenkbaar. Dat alles omdat het daadwerkelijk gevaarlijker is, of omdat er een grotere paranoia is over alles dat wel eens fout zou kunnen gaan? Wellicht allebei, maar toch.
Het rapport gebruikt 7 dimensies (gezondheid, subjectief welzijn (blijheid), contact met ouders en andere kinderen, economische welvaart, risicogedrag, onderwijs en huisvesting), elk samengesteld uit verschillende indicatoren. Nederland scoort op alle dimensies goed, en het best van Europa op de indicatoren plezier op school, communicatie met ouders, en contact met klasgenoten. Het Verenigd Koninkrijk komt vooral op het gebied van inentingen (laag), subjectieve gezondheid (kinderen vinden zichzelf ongezond), communicatie met ouders, ouders in armoede en werkloosheid, risicogedrag (vroege sex, roken, drinken en drugsgebruik), schooluitval, en gevoelens van onveiligheid en criminaliteit in de omgeving van kinderen.
Het wijst allemaal vooral op sociaal-economische ongelijkheid, waarbij een deel van de kinderen in relatieve armoede opgroeien, van generatie op generatie, terwijl welvarende kinderen zoveel mogelijk van de buitenwereld worden afgeschermd.
Wednesday, 15 April 2009
Paasweekend in drie bedrijven
Grunge uit Amerika, en dan vooral Seattle, was mijn muziek tijdens mijn middelbare schooltijd. Maar als ik erover nadenk komt de meeste muziek waar ik in de rest van de jaren 90 van hield uit Engeland. Massive Attack, Blur (en ja toch ook Oasis), The Verve, Fatboy Slim, Groove Armada, Chemical Brothers, Underworld, Coldplay, allemaal Brits. En ja, ook The Prodigy. Erg tof dus dat Jane een tijdje geleden voorstelde om naar een cocnert van The Prodigy te gaan. En toevallig viel de dag dat ze in Dheffield speelden net na het paasweekend waarop we ook twee dagen saampjes in Durham en een bezoek met pasen aan haar ouders in Northumberland gepland hadden. Het was dus een druk weekend.
The Prodigy was erg gaaf, met op het eerste gezicht een meerderheid aan dertigers als wij in het publiel, maar uiteindelijk belandden we tussen de als vanouds pogo-ende tieners vooraan. En, voor alle dertigers, en toch ook de tieners, speelden ze lekker veel oude hits uit de jaren 90. Zelfs hun eerste hit 'Out of Space', die ik eerlijk gezegd vergeten was (Jane niet), nog van voor 'Fat of the Land'. Dit is niet mijn video, maar had het kunnen zijn, jaja.
In de mosh pit bij The Prodigy op volle kracht was nogal een contrast met het bezoek aan Jane's schoonouders waar we nog diezelfde paasmaandagochtend waren. Twee dagen veel eten, veel gezelligheid met schoonouders en schoonzussen. En een bezoekje aan de kust van Northumberland, tussen Newcastle en Schotland, waar Jane is opgegroeid. Duidelijk minder dichtbevolkt dan de rest van Engeland.
En ook dat was weer een contrast met anderhalve dag in Durham, een historisch kathedraal- en universiteitsstadje, schitterend gelegen aan een meanderende rivier, het Cambridge van Noord-Engeland. En met een suite in het fijnste hotel van de stad, met uitzicht recht op de kathedraal, kon dat al niet stuk. Een druk weekend dus. En dan nu nog Amsterdam erbij. Het lijkt wel vakantie.
Fotos achtereenvolgens: Durham, Newcastle, Northumberland kust (Bamburgh castle), High Force waterval, Prodigy
Easter weekend - Durham/Northumbria/Prodigy |
Wednesday, 8 April 2009
Mountainbike weekend II
Twee weken achter elkaar een fietsstukje, alsof ik niets anders doe. Nu ja, afgelopen weekenden was dat ook ongeveer zo. Maar, dit laatste weekend was wel een stuk gezelliger dan het weekend ervoor alleen een cyclosportieve in Cheshire doen. Nu was het een uitgebreidere en beter versie van het mountainbikeweekend van afgelopen jaar, met maar liefst zeven vrienden uit Amsterdam op bezoek.
Ivo, Jochem en Nicolas kwamen donderdagavond, een goede gelegenheid om vrijdag York weer eens te bezoeken. Prettig weer, veel tea, scones en clotted cream, en relaxed wandelen door de middeleeuwse stad.
Maar voor zaterdag en zondag hadden we mountainbikes gehuurd, bij dezelfde organisatie als het jaar ervoor. En het was het hele weekend erg mooi zonnig weer, prima om buiten te zijn. En vooral zaterdag waren we flink buiten, een ruig pad over de Peaks met een geniale afdaling, waarbij de meesten van ons wel minstens een keer op onze bek gingen, maar alles zonder ernstige blessures. Jammer was wel dat twee van de fietsen derailleurs hadden die het steeds meer begaven, en op een gegeven moment eigenlijk niet meer befietsbaar waren. Maar behalve dat was het een prima weekend rossen door de modder.
Mountainbiken |
Wednesday, 1 April 2009
Cheshire Cat
Nee, dit is niet Vlaanderen, en niet de Koppenberg of Muur van Geraardsbergen. Het is Swiss Hill, in Alderley Edge. Al lang voordat ik lid werd van een fietsclub hier had ik me ingescherevn voor een zogenaamde ‘cyclosportive’, een semi-competitieve tocht, de Cheshire Cat, aan de andere kant van het Peak District in de buurt van Manchester. Dat was afgelopen zondag. Vorig jaar reed een flinke delegatie van mijn club die rit. Maar ze waren niet zo tevreden over de organisatie, of op traningskamp in Mallorca, dus was ik alleen. Nu ja, met 1646 anderen.
Er waren drie routes, en ik had, nog vroeg in het seizoen, de middenafstand van 66 mijl (108 km) gekozen. Jane leende me haar auto, enigszins bevreesd over mijn beperkte ervaring met links rijden, of met uberhaupt autorijden. Onderweg over de Peaks naar de startplaats Knutsford om 7 uur ’s ochtends was het -7 graden op Snake Pass, een laatste toetje van de winter, maar wel stralend zonnig, en het was de hele dag fantastisch fietsweer (met nog kleine beetjes sneeuw op de hoogste heuvels).
Het was een interessante route, met eerst 30 km vlak, dan een bergzone met een aantal erg steile keutenbijters en wat kleinere bulten ertussenin, en 30 km vlak terug. In totaal 1800 meter hoogteverschil, best pittig over maar 100 km! Omdat de tolerantie ten opzichte van fietsers niet zo hoog is hier, is er anders dan bij cyclosportieven in Europa geen massa-start, maar word je weggestuurd in groepen van 50, elke 2 minuten. Hoewel het eigenlijk een toertocht was, kreeg je een chip mee om je tijd te registreren, en was er zeker wel een leuke sfeer van nervositeit bij de start. De meesten begonnen toch met een erg gezapig tempo, en met een andere jongen haalden we kop over kop rijdend de ene na de andere 2 minuten voor ons gestarte groep in. Maar na 20 km koos hij voor de lange route van 160 km, en was ik voor de rest van de rit. Ik haalde wel voortdurend fietsers in, maar die gingen allemaal vrij langzaam. Weinig gelegenheid om in het wiel te rijden dus. De eerste berg, Mow Cop, was misschien wel de zwaarste, anderhalve kilometer met op het eind een stuk van 25%. Slalommend tussen de lopende fietsers en slippend in het grind verdiende ik net de medaille die de organisatie had uitgeloofd als je de top haalde zonder voet aan de grond te zetten. Met dank aan mijn triple. Het bleek achteraf een lelijk plastic prul, maar ach. Mow Cop was duidelijk een obstakel en erna was het een stuk rustiger, met hier en daar nog een plukje fieters. Het bleef flink op en neer gaan, door een prachtig deel van het Peak District dat ik nog niet kende. Het laatste stuk was weer vlak, maar de organisatie had daar nog eem leuk toetje ingebouwd, een flinke kassei-klim, Swiss Hill, 600 meter lang en 14 % gemiddeld, vrij gelijkmatig, met afschuwelijke kasseien. Ik had nog nooit een echte steile kasseienklim op dunne racebandjes gedaan, en dat is toch lastiger dan de mountainbikebanden die ik ooit in Vlaanderen op de Muur van Geraardsbergen en zo gebruikt had. Langzaam naar boven bonken, en een tijdritje van 15 kilometer terug naar Knutsford. Daar was ik een van de eersten, maar omdat er nog een uur lang mensen achter mij gestart waren zei dat niet veel. Ik had er 4 uur en 8 minuten voor nodig gehad, 27,5 km/uur gemiddeld, best OK voor de afstand en heuvels. En behalve de eerste 20 km zonder slipstream. De dag erna bleek dat ik zowaar de 4de tijd had van de ca. 500 die de 66 mijl deden. En hoewel ruim 7 minuten achter de snelste, maar 12 en 2 seconden achter nummer 2 en 3. En over 4 uur, met bevoorradings- en plas-stops is het natuurlijk makkelijk jezelf te overtuigen dat je 2 tot 12 seconden harder had kunnen gaan. Maar uiteindelijkw as het geen race, en is de uitdaging bij de volgende cyclosportive de lange afstand te doen. En eerst dit weekend twee dagen mountainbiken!
PS, meer foto's van bekketrekkende Frans op een fiets: http://sportivephoto.thirdlight.com/viewdir.tlx?albumid=203739 zoek in 'Enter your event number here' op nr '1269'
Wednesday, 25 March 2009
Wednesday, 18 March 2009
Dichtheid
Nederland is het dichtst bevolkste land van Europa, dat weet toch iedereen. Vroeger wist iedereen dat het het dichtst bevolkte land van de wereld was. Maar ja, toen kregen ze in Bangaldesh en Taiwan en zo de smaak te pakken. Van Europa dus. Toch?
Nee, sinds vorig jaar is het land met de hoogste bevolkingsdichtheid Engeland. Ja, echt, na Indie verloren ook dat nog. Terwijl Nederland de afgelopen paar jaar vooral immigratie stopt, blijft Engeland een immigratieland. En dus haalde Engeland in 2008 met 395 inwoners per vierkante kilometer Nederland (met 393 per vierkante kilometer) in.
Nou zal je misschien zeggen dat Engeland helemaal geen land is. Het land is het Verenigd Koninkrijk. En het Verenigd Koninkrijk, met het volledig lege Scotland en Wales, heeft een veel lagere totale bevolkingsdichtheid. Maar dan zou je het mis hebben. Hoewel het Verenigd Koninkrijk een onafhankelijke staat is, is Engeland (net als Schotland en Wales) een apart land. Het is waar dat het dat alleen volgens Britse definities van 'land' is. Maar dat is net zoiets als de volledig eigenzinnige Nederlandse definitie van hoofdstad; overal elders is de hoofdstad de regeringszetel. Punt. Als Amsterdam een hoofdstad is is Engeland een land. En wel het dichtst bevolkte land van Europa. Nou wonen die 51 miljoen inwoners van Engeland natuurlijk vooral in Londen (8 miljoen), Birmingham en de steden van Noord-Engeland. Maar ja, in Drente is het ook niet zo druk. Ik ben altijd wel een aanhanger geweest van de gedachte Nederland als een uit de kluiten gewassen stads-staat te zien (een gas-stads-staatje zelfs), met wat parken in de Veluwe, het Noorden en Oosten. Maar met een zelfde bevolkingsdichtheid, is heel Engeland dan ook een stadsstaat? Kennelijk. Dan ga ik van het weekend maar weer eens een stukje fietsen in mijn stadspark, zie foto boven.
Wednesday, 11 March 2009
Liverpool
Liverpool |