Wednesday, 12 September 2007

Docent zonder studenten


Dit hierboven is het uitzicht als ik mijn straat uitloop, ongeveer 100 meter van mijn appartement. Als je dat ook wil, boek je vluchten (zie o.a. link rechts)!
Maar genoeg over uitzichten en mijn huizenjacht waar ik het vorige week al over had, ik ben hier natuurlijk om te werken, en dat doe ik nu al anderhalve week. Hoewel, het is juister om te zeggen dat ik betaald word om me voor te breiden op het werk waarvoor ik ben aangenomen. Ten eerste moest ik me administratief voorbereiden, door mijn contract te tekenen, een bankrekening te openen om op de payroll te komen, en allerlei bureaucratische processen te doorlopen om van een papieren werknemer (zoals mijn contract bewees) een digitale werknemer te worden, zodat ik ook een username, e-mailadres en bibliotheekpas te kunnen krijgen, en om in het algemeen door ‘het systeem’ erkend te worden. Dit alles kostte mijn volle eerste werkdag, en een goed uur elke dag tot en met gisteren.
Maar, ik ben vooral veroordeeld tot voorbereiden omdat er nog geen studenten zijn. Dan is het lastig lesgeven (hoewel ik die voorbereidingstijd ook goed kan gebruiken!). Studenten in Engeland beginnen namelijk pas in oktober. Dit na een maandenlange zomervakantie, en met kerst-en paasvakanties van een volle maand. Het is dan ook erg rustig op de campus, alle studenten bij hun ouders. Wel komen langzaamaan alle docenten terug van hun vakantie/onderzoeksreces, en leer ik mijn collega’s beetje bij beetje kennen. Grappig is daarbij dat in Engeland, of beter overal behalve in Nederland, Sociale en Fysische Geografie niet gescheiden zijn, en altijd samen een vakgroep vormen. Zo lunch ik net zo goed met mensen die zich met gletsjers of geomorfologie bezig houden als experts in vertrouwde onderwerpen als stedelijke segregatie en verkiezingsgeografie. Maar ach, bij de lunch of in de pub heb je het toch uiteindelijk niet over werk. Wel leuke mensen trouwens, en inderdaad, de pub. Er is een pub alleen voor staf (kijk, dat zouden ze nou ook in Amsterdam moeten hebben, in plaats van zo’n stoffige Academische Club), The University Arms, waar je zonder studentengepeupel je pint kan drinken. Of buiten in de tuin in de zon je lunch, sandwiches of warm, kan nuttigen. En dat hebben we dan ook een paar keer met een groepje gedaan afgelopen week.
Meestal is dat met een zich natuurlijk vormend groepje wat jongere docenten, zoals dat overal gaat. Anders dan in Amsterdam is wel dat PhDs strikt gescheiden zijn, zowel fysiek als sociaal, van docenten. Waar je in Nederland als AIO je eigen bureau hebt en onderdeel van de vaste staf bent, zijn PhDs in Engeland studenten die omgaan met andere studenten, en delen ze met zn veertigen een zaaltje met wat computers. Of zij al terug zijn van vakantie, geen idee, ze zitten in de kelder, en het is nog erg rustig in het gebouw.
Gisteren kregen we alvast een voorproefje van de drukte van Oktober, het was namelijk open dag. In Engeland hebben de meeste goede universiteiten strenge toelatingsselecties, en tegelijk grote onderlinge concurrentie om zoveel mogelijk studenten van het gewenste niveau binnen te halen. En die kunnen zich kennelijk nog op het nippertje inschrijven. Enorme massa’s vaders en moeders met hun wat verwarde of jolige tienerkinderen. Die kinderen zijn over een jaar of zo getransformeerd in volwassen studenten, maar als ik ze over een week of twee op college krijg heeft dat proces zich nog niet voltrokken. Ook een goede gelegenheid om op te merken hoezeer mensen in het algemeen op hun ouders lijken. Het gebeurt niet vaak dat je honderden mensen met hun respectievelijke verwekkers in groepjes ziet rondlopen. En wat een gelijkenis, alsof je een en dezelfde persoon in verschillende fases van zijn/haar leven ziet. Zelfs zo dat je je bij een ontbrekende gelijkenis afvraagt of daar niet iets mis is gegaan, sappige verhalen met melkboeren en postbodes in de hoofdrol.
Geen foto’s van de Universiteit, dus daarom ter compensatie een fotoserie die ik afgelopen week maakte op mijn buurtbowlsbaan.

No comments: